De Gruwelijke Moord te Roosendaal

De Gruwelijke Moord te Roosendaal

Kom vrienden hoor mijn lied,
Hetgeen ik u gaan verhalen.
Wat in Roosendaal is geschied,
Een vrouw van 60 jaren,
Zij woonde stil en eenzaam,
Al in en vroome straat.
De moordenaars zijn gekomen,
Die haar ter neder slaan.

Het geld dat zij bezat
Was de drijfveer van die daden.
Het huis met bloed bespat,
Gedrenkt al door de straten.
Haar hart dat hij doorboorde,
Al met een vlijmend staal.
De politie was gekomen,
Die de moordenaars achterhaald.

Daar lag zij dood teneer,
Van goud en goed ontstolen.
De moordenaars zagen nu vlug
Van deze plaats te komen.
Maar nu zijn zijj gepakt
En voor hunne laffe daad
Moeten zij nu voor hun leven
Naar de gevangenis gaan.

M. VAN GLABBEECK