Inbraak met Moord in Roosendaal

Deze gebeurtenis vond plaats in april 1915. Het bijbehorende artikel is opgenomen in ons tijdschrift nummer 1 van mei 1980 (pagina 29 – 32). De auteur was Jan Lemmens.

Inbraak met Moord
TE ROOSENDAAL
Wijze: Europeesche oorlog
Tekst/uitgave Frans Rombouts

1.
Een  misdaad groot,
’t Is ongehoord
Zag men in Roosendaal gebeuren
Een ieder die het weet
Vind het zoo wreed
Die zullen er om treuren
Deeze vrouw zo wreed verslonden
Zij werd al op den grond gevonden

Refrein:

Moordenaars o wrede moordenaars
Kent gij dan geen gevaar
Hoe durft gij zoiets bedrijven
Gij laffe Barrebaars
Door geldzucht werd gij gedreven
Dezen wreeden daad te begaan
Maar het gerecht zal u wel straffen
Voor hetgeen gij hebt misdaan

2.
In den avondstond
Dat Vermeulen zich ter rust bevond
Werd dezen misdaad bedreven
Mejuffrouw van Agtmaal
Het is een schandaal
Bracht men zoo wreed om het leven
Men pakte haar beet terstond
En wierpen haar op den grond

Wat hadden dees menschen misdreven
Wat hadden zij  misdaan
Om haar te brengen om het leven
Vermeulen te trappen en te slaan
Goud en geld werd gestolen
Door deze barrebaars
Ze stopte eene prop in hare mond,
En wierpen haar op den grond.

3.
Vermeulen ziet
Die om hulp riep
Zij wilden zijn smeken niet horen
De eene sprak met woest gebaar,
Wil mij uwe sleutels geven
Vermeulen sprak ik heb geen geld
Dit werd door die barbaars niet geteld.


Zij hebben hem in ’t bed geworpen,
Geschopt, gestraft en geslaan,
Deze Heer zo hoog van jaren,
Ieder is met zijn lot begaan,
God spaarde hem dit leven,
De wet is de daders op het spoor,
Maar ook hij moest sterven,
Het duister graf ingaan

4.
In de Heiblokken dan
Kwamen twee mannen aan,
Van Alen werd door de grenswacht gegrepen,
De andere sloeg op de vlucht.
Zij hebben hem nog een eind nagezeten,
De ene die de kans gunstig vond,
Die wierp een pakje op de grond.

Deze moedige soldaten,
Hielden deze man aan
Hij werd naar Roosendaal gezonden
Om onderzoek te ondergaan,
Hij heeft bekentenis afgegeven
Van deze wreede daad.
Dat de wet de andere spoedig vinden,
Is de wensch van ons allemaal.

5.
De verdachte dan kwam bij Vermeulen aan,
Om van deze wreedheid te getuigen,
Hij zag het lijk al op den grond,
De droefheid deed hem buigen
Ja menschen God ziet vroeg of laat,
Vergeef o God dees wreede daad.

Vrienden hier op aarde,
Spiegel U aan deze daad,
Gaat heerlijk door het leven,
Dat is mijn beste raad,
Wilt nooit zoo iets bedrijven,
Want God straft vroeg of laat,
Dan leven wij allen te vreden,
Hier allen op dee’z aard.